Zaterdag 14 januari

17 januari 2017 - Umeå, Zweden

Na een dikke 13 uur welverdiende slaap werd ik omstreeks half 11 gewekt door de felle zon. Het zou me niks verbazen als ze al bijna haar hoogste punt bereikt had. Snel maakte ik me uit de veren om nog eventjes te kunnen genieten van de schaarse uurtjes daglicht.

In de supermarkt werd ik verleid tot het kopen van een soort chicken roll met bacon en feta. Helaas sloeg de cognitieve disonantie toe - het krijgen van spijt na het doen van een aankoop - nadat de cassiere de prijs toonde van iets meer dan 7 euro. Maar goed, deze trok snel voorbij toen ik me realiseerde dat het hostel sowieso niet had kunnen tippen aan dit lekkere stukje vlees. Het lijkt een beetje op te gaan voor alles in Zweden; alles is extreem prijzig, maar de kwaliteit is dan wel uitmuntend. Het hostel was dan ook het goedkoopste(!) dat ik kon vinden.

Blij verrast was ik door het straatbeeld van dit stadje. Natuulijk, er is een Mc Donalds, maar voor de rest zijn er erg veel autentiek aanvoelende zaakjes gevestigd. Iets dat in zo goed als de meeste grote winkelstraten van welke stad dan ook niet meer het geval is.

Bij terugkomst in het hostel ontmoette ik een Duitser en een Italiaan. Zoals een Italiaan beaamt maakte hij spaghetti. Nadat hij mij mee liet genieten van zijn heerlijke creatie leek een vriendschap gesloten.

Later in de middag ging ik te voet naar het museum over de stad Umeå. De tocht zou volgens de mevrouw van de VVV niet meer dan 2,5 kilometer bedragen. Doch na een dik uur belandde ik eindelijk op locatie. De temparatuur van minus 13 graden maakte dat ik slechts enkele malen mijn kaart had geraadpleegd.

Bij het zien van een zwartwit foto over de stad uit het jaar 1965 viel me op dat de auto's aan de andere kant van de weg reden. Na navraag te hebben gedaan bleek dit in eind jaren '70 te zijn gewijzigd. De dag van invoering werd gekenmerkt door een ongekend hoog aantal ongelukken.

Op de terugweg koos ik toch maar voor de bus. En noem het toeval of niet, mijn voormalige chauffeur die mij had afgezet bij het hostel zat ook in de bus! Hij was op weg naar het afstudeerfeest van zijn verloofde en had de auto voor het gemak maar thuis gelaten.

In de avond ging ik op pad met de Duitser, genaamd Lukas. We besloten het op de goedkope boeg te gooien en gingen op zoek naar Döner. Doch goedkoop lijkt iets onmogelijks in Zweden, aangezien ook voor Döner een welgetelde 9 euro neergeteld moest worden. Dit ondanks de felle concurrentiestrijd die hier gevoerd werd tussen 3 hetzelfde ogende Dönertenten. Bij de derde gingen we toch maar naar binnen. De man sprak geen Engels, maar Dönerpizza was natuurlijk universal language. Toch deze man verraste ons toen hij een bord in onze had duwde en zei dat we zelf mochten nemen. Er was een buffet gaande - waar normaal 12 euro voor werd gerekend exclusief drank - en het was niet bepaald duidelijk of wij hieraan deel mochten nemen. Nadat Lukas dit met zeer gebrekkig Zweeds aan de man vroeg, stemde deze er na licht gemompel mee in. Soms heeft het dus juist voordeel als je een taal niet spreekt gehe!